Opvang in Rhenen: zorgen, feiten en lessen uit onderzoek

Waarom roept opvang in Rhenen zoveel weerstand op? Landelijke onderzoeken geven inzicht in de zorgen van inwoners én in manieren om meer draagvlak te vinden.

Opvang in Rhenen: zorgen, feiten en lessen uit onderzoek
Flexwoningen voor Oekraïnse vluchtelingen op de Eikelkamp in Elst, Zij maken momenteel 45% van de vluchtelingen in Nederland uit, maar hebben een aparte status en vallen niet onder de asielzoekersregeling. Foto: Gemeente Rhenen.

De gemeente Rhenen staat voor een lastige opgave: 116 asielzoekers moeten volgens de Spreidingswet een plek krijgen. Eerder dit jaar stuitte het plan voor een opvanglocatie in Elst op fel protest. Inmiddels zoekt de gemeente naar een nieuwe aanpak, met bijeenkomsten in Rhenen, Elst en Achterberg.

De weerstand is groot: in een peiling van de Raaf gaf ruim 60% van de inwoners aan helemaal geen opvang te willen. Hoe verhoudt zich dat tot de landelijke cijfers? En wat leren onderzoeken ons over hoe inwoners in andere gemeenten naar opvang kijken?


Asielzoekers: breed draagvlak, maar geen toename

Uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat de meeste Nederlanders wel vinden dat er een morele plicht is om vluchtelingen op te vangen, maar dat ze terughoudend zijn om méér mensen toe te laten.

  • 67% vindt dat Nederland niet méér vluchtelingen moet opvangen dan nu het geval is.
  • Bijna 40% wil zelfs een asielstop, ook als dat in strijd is met internationale verdragen.

De komst van een AZC (asielzoekerscentrum) leidt vaak tot weerstand. De schaal hiervan maakt uit:

  • Bij een locatie voor 50 mensen heeft 48% bezwaar.
  • Bij 100 mensen stijgt dat naar 51%.
  • Bij 500 mensen is 60% tegen.

Het plan voor Elst, met 116 plekken, zat dus in de categorie waar veel weerstand verwacht mag worden.